* Atelier Kempe Thill - transparant en monumentaal

Beste lezers, na drukte, onderweg en een zware griep is De BOX weer terug... Vandaag met een boekbespreking door Martin Groenesteijn van de nieuwe monografie van Atelier Kempe Thill:
"Onlangs is bij Hatje Cantz Verlag uit Berlijn een robuuste, tweetalige monografie verschenen met het werk van Atelier Kempe Thill. Een werkelijk architectuurboek, met naast projectdocumentatie, foto's en toelichtingen ook meer theoretische teksten. Een deel van die teksten is geschreven door André Kempe en Oliver Thill zelf waarin zij hun scherpe kijk op en hun houding binnen de architectuur toelichten. Daarnaast zijn er verhalen opgenomen van collega's - zoals Aurelli, Tamburelli, Geers e.a. - die meer beschouwend van aard zijn.



Naar goed hedendaags gebruik wisselen projectdocumentaties en teksten elkaar af. Na drie/vier projecten volgt een tekst, dan weer drie-vier projecten, vervolgens weer een tekst, enzovoort. Soms hebben de teksten een directe relatie met het navolgende project, zoals bij het artikel 'The dilemma of remodeling' en de dan volgende projecten in Veenhuizen en Prora, die immers specifiek hergebruik betreffen. Op andere plaatsen is die relatie weer minder sterk. Vraag is wel wat de voorkomende menging van theorie met projecten voor het boek precies oplevert...



Het verhaal van Kempe Thill wordt uiterst consequent verteld. Zij plaatsen zichzelf in een Europese traditie die begint bij het Griekse classicisme en die via illustere voorgangers als Boullée, Schinkel en Mies van der Rohe naar het heden doorloopt. Rationeel, monumentaal en vakkundig. Na een vliegende start in Nederland zijn zij zelf ondertussen werkzaam in een groot deel van Europa, waarbij twee typen opgaven de hoofdmoot vormen: woningbouw en culturele/publieke gebouwen.
Het consequente, bijna wetenschappelijke onderzoek naar de woningplattegrond maakt het boek uitermate geschikt als studiemateriaal. Dit boek vraagt als het ware om een vergelijkende analyse. Voor een deel hebben de auteurs daar de aanzet zelf al voor gegeven door vergelijkbare plattegronden en doorsneden op eenzelfde schaal op één bladzijde te verzamelen. In essentie brengen Kempe en Thill hun [woning]ontwerpen terug tot constructie [tunnelkist] met facade [glas] zonder overigens de ruimtelijkheid uit het oog te verliezen. Die obsessie met glas wordt op enigszins dogmatische wijze in hun teksten uiteengezet, hetgeen in het geheel niet nodig is, want de eerder bereikte transparantie zoals in hun Light-building en Hedge-building is wonderschoon en dus overtuigend genoeg.



Zoals te verwachten bij een dergelijk omvangrijk boek zijn er altijd teksten die er echt uitspringen. In dit geval zijn de artikelen 'The dilemma of remodeling' en 'A general architecture' die krachtige voorbeelden. De eerste tekst bevat een ijzersterk pleidooi voor een nieuwe manier van omgaan met ons gebouwde verleden. Na lezing van de tweede tekst blijft vooral de scherpe waarneming van Kempe Thill hangen. Zoals het verschil in architectuur tussen kleinere en grote Europese landen maar ook hun afkeer van het neoliberalisme en het experiment.
Het is tenslotte vooral bijzonder om een architectuurboek te lezen waarin de naam van Neerlands meest bekende architect [die zichzelf eveneens in de traditie van Mies plaatst] slechts éénmaal voorkomt. Deze waardevolle publicatie is goed vergelijkbaar met het gebouwde werk van Atelier Kempe Thill: repetitief en rationeel maar bovenal transparant en monumentaal."
Martin Groenesteijn.



[Op de foto's van boven naar beneden: woningen in Zwolle, Amsterdam Osdorp en Den Haag en een concertzaal in Oostenrijk. Het betreffende boek: Atelier Kempe Thill - uitgave 2012 Hatje Cantz Berlijn - met teksten van Kersten Geers, Kaye Geipel, André Kempe, Johannes Kuehn, Wilfried Kuehn, Simona Malvezzi, Pier Paolo Tamburelli, Oliver Thill en Pier Vittorio Aureli - vormgeving Heimann und Schwantes - 392 pagina's - 740 illustraties en tekeningen - ISBN 978-3-7757-3302-1] - 27 februari 2013 - BOX 1.636


* Onverwachte keynotes op BNA Architectendag 2013

Omdat we wonen en werken in een loofbos in de duinen kunnen we van lente tot en met herfst genieten van het gezang van de nachtegaal. In die andere maanden overwintert hij tot in Afrika toe. Tijdens een zomers bezoek aan wereldstad Berlijn overkwam ons iets bijzonders: Wandelend op de Friedrichstrasse, in hartje stad, hoorde we ineens een nachtegaal zingen. Ik bleef als aan de grond genageld staan en begreep er absoluut niets van; hoe kon het zijn dat er hier, notabene middenin de stad, een nachtegaal zou verblijven? We besloten achter het geluid aan te gaan en enkele zijstraten verder vonden we de bron: twee luidsprekers in de luifel van een autodealer. Binnen stond pontificaal een nieuwe Audi Cabriolet en de bijbehorende posters vertelden dat je gezeten in deze prachtige auto werkelijk dichter bij de natuur zou zijn, inclusief nachtegaalgezang...
Dit bijzondere, maar toch ook banale voorval kwam weer boven bij het luisteren naar trendforecaster mevrouw Lideweij Edelkoort tijdens haar keynote speech op de BNA Architectendag afgelopen donderdag in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam.



Als een in zwart fluweel geklede Jomanda bleek zij in staat om ons architecten te vertellen waar het in ons vak [inclusief de uitingen daarvan in de nabije toekomst] naar toe zou gaan. Met een uiterst gelikte presentatie ondersteund met beeld en muziek stak deze mevrouw haar thermometer in de tijd. Ze gebruikte daarbij een drietal zogenaamde 'mood'-books - stemmingsboeken? - die ze eerder voor andere opdrachtgevers had samengesteld en sommige conclusies van haar wichelroedewerk waren niet mals:
"Wonen en werken worden kleiner, goedkoper, mobieler - de verhuisbare stad - van loft naar atelier - voor de creatieve consument, enzoverder... Textiel en architectuur, van camping naar glamping, en de vensterbank wordt belangrijk... En o ja, we krijgen een 'asymmetrische raamvoering' in de gevels... Dat zegt mijn 'gutfeeling'", nietwaar?



Na zoveel lariekoek noemde een kritische collega haar lezing nog netjes 'elitair gewauwel', maar de meerderheid van de toehoorders bleek juist genoten te hebben van zoveel inspiratie. En met dit soort werk wordt dus een vermogen verdiend, want de stoffenfabrikanten moet nu eenmaal de kleuren kiezen die ze over twee jaar op de markt gaan brengen. Daarom was het ook streng verboden om referentiebeelden uit dat beeldkwaliteitsplan voor de toekomst - naar ontwerp van ons culturele kruidenvrouwtje - te filmen of te fotograferen...

En het plenaire deel van deze architectenmiddag was nog wel zo mooi begonnen! Zoals de opening door actueel BNA-voorzitter Willem Hein Schenk die gelukkig niet te lang stil stond bij de ellende in het vak, maar al snel enkele kansrijke strategieen besprak, zoals specialisatie met als voorbeeld Paul de Ruiter - die trouwens zojuist BNA-lid was geworden - of strategische samenwerking met als voorbeeld de succesvolle groep XS, een aantal kleine bureaus in Rotterdam. Of het betreden van nieuwe markten in het buitenland met als voorbeeld Dutch Health Architects, een tastbare samenwerking van EGM en DJGA op ziekenhuisgebied en natuurlijk zijn er veel meer nieuwe rollen voor architecten te bedenken. Tenslotte noemde hij de belangrijke BNA-acties die op stapel staan zoals de continue lobby in de richting van Den Haag, binnenkort ingevuld met een dagdeel ontmoeting met minister Blok, of het gezamenlijke werk met alle andere ontwerp- en bouwdisciplines met een komend congres in juni aanstaande.



Maar ook de enthousiaste en bij vlagen gepassioneerde lezing van mevrouw Angela Brady, de huidige president van the Royal Institute of British Architects [RIBA] gaf de eenvoudige architect-burger weer goede moed. Waar in Engeland al eerder rapporten over het 'overleven van en in de branche' het licht hadden gezien [zie hier om het glasheldere resultaat in pdf te downloaden] viel vooral haar professionele aanpak in promotie van het vak op. Altijd met maximale gebruikmaking van de landelijke pers. Of het nu om negatieve boodschappen [bijvoorbeeld in de richting van Sanctuary, een grote maar voor architecten uiterst botte opdrachtgever in de woningbouw] of om het acquireren met de succesvolle resultaten van de Olympische Spelen gaat [de contracten verboden ontwerpende partijen die acquisitie; samen met anderen kreeg Brady dat verbod er recent vanaf].



Natuurlijk helpt ook haar televise-ervaring bij haar landelijke bekendheid - ze presenteerde een aantal woonprogramma's voor Channel 4 - maar we konden nu ook zelf haar grote energie meemaken, die spatte immers rechtstreeks de zaal in. En wij denken wel eens dat het hier slecht gesteld is met het vakonderwijs, in Engeland zijn de kosten voor de opleiding voor architectuurstudenten de afgelopen jaren verdrievoudigd, van 3.000 naar 9.000 pond per jaar.
Haar meest interessante uitspraak over de kracht van goede communicatie bleef daarom nog lang hangen. Laat elke architect drie zaken adopteren en daar veel energie insteken: "Adopt a school, a student and a politician!" En inderdaad, denk je eens in wat 3.000 stuks BNA-leden zouden kunnen bereiken bij evenzovele politici als ze die energie werkelijk zouden opbrengen...



Na de theepauze konden we deelnemen aan twee, vanuit een vijftal te kiezen kleinere zaalsessies met wervende onderwerpen als: De architect als - verbinder - als marktonderzoeker - als internationaal ondernemer - als...? en tenslotte De architect levert meerwaarde. Wij kozen als eerste voor de Architect als Verbinder en kregen daarin twee interessante best-practice-bijdragen van DUS Architects en van FARO Architecten voorgeschoteld.
Hans Vermeulen van DUS sprak over hun speciale en op intensieve samenwerking gebaseerde intiatieven als de open-coöp, Amsterdam Energie en straks zelfs een echte woon-coöperatie. Met statements als Design by Doing [denk aan hun BuckyBar van rode paraplu's], Wees persoonlijk!, [her]programmeer, Pak alle stakeholders bij elkaar en Ontwerp het proces...



Jurgen van der Ploeg van FARO liet weer op een andere manier zien hoe gebruikers en beschouwers kunnen worden betrokken bij eerlijke initiatieven waarmee ze hun eigen woning, wijk en vooral het grensgebied daartussen zelf kunnen beinvloeden en medeontwerpen. In het tweede deel van hun presentaties kwamen ook nog de plannen rond de Kamermaker van DUS [een reuzen 3d-printer] en een nieuw onderzoek van FARO onder de titel 'De netto contante waarde van kwaliteit' aan de orde.
Beide initiatieven laten zien hoe je in moeilijke tijden toch je eigen weg kunt gaan, zeker als die weg gebaseerd is op het bereiken van waardevolle resultaten voor meer dan alleen het eigen gelijk.



Onze tweede middagsessie - te weten de Architect als Marktonderzoeker - werd verzorgd door Bas Liesker van Heren 5 Architecten en Florian Eckhardt van het gelijknamige architectenbureau. Beide architecten zijn intensief betrokken bij de projecten van BNA Onderzoek. Heren 5 initieerde een onderzoek dat nieuwe ontwikkelingen probeert zichtbaar te maken in het zogenaamde gezinsappartement in de stad. Met interviews en ideaalplannen van vele soorten autochtone en allochtone Nederlandse gezinnen komen ze tot aanbevelingen en plannen voor slimmere en meer aanpasbare grootstedelijke woonprogramma's.
Florian Eckhardt bekeek, mede onder auspicien van BNA Onderzoek, alle voetangels en klemmen voor architecten en bouwheren binnen het particulier opdrachtgeverschap in de gemeente Almere. Met reflecties op hoe het fout kan gaan, en natuurlijk hoe het beter en adequater kan, en met goed begrip voor ieders eigen rol in het zelfbouwproces. De resultaten van beide onderzoeken zullen nog dit jaar worden gepubliceerd.



Tot besluit van de BNA Architectendag kwamen we weer samen in de grote zaal, ditmaal onder leiding van de dagvoorzitter Harry Starren. Daarover nog een kritische noot: u kent ze wel die wat softere zaal-leiders die veel over zichzelf spreken en op een bijna popiejopie-manier onszelf het werk laten doen waar zij notabene voor betaald worden... Zo kwam Harry ook hier weg met de vraag: 'Als u nou eens met uw achterbuurman bespreekt wat u hier vandaag hebt geleerd?' dan vraag ik u straks daar wat over te zeggen...
De ervaren BOX-lezer kan begrijpen dat wij daarom de zaal voor een minuut of tien hebben verlaten en dat we met onze collega's onderweg op eigen wijze de waardevolle momenten van deze dag hebben gememoreerd. Het bleek een prettige opzet die zeker voor herhaling vatbaar is: met enkele centrale keynotes, een dan nog betere dagvoorzitter en werkelijk goede best-practices decentraal gepresenteerd. En nu op naar de uitreiking van de belangrijkste architectuurprijs van ons land, de BNA Kubus 2012, eh 2013...
- 27 januari 2013 - BOX 1.635


* Nu al 3e architect betrokken bij Rotterdamse toren

Op 07 januari jongstleden verscheen een uitgebreid artikel in het Financiele Dagblad over de perikelen rond de zogenaamde Cooltower, een gedachte woontoren van 100 meter hoogte die moet verrijzen in het Baankwartier in het centrum van Rotterdam.



Het plan voor de toren [zie beeld hierboven en hieronder] was de winnende inzending van de hand van Casanova Hernandez Architecten in een prijsvraag op uitnodiging onder een bescheiden aantal Rotterdamse architectenbureaus in 2010. Dit alles in opdracht van ontwikkelaar U-Vastgoed en mede onder auspiciën van de gemeente Rotterdam.



We zien een woontoren met expressieve balkons op de buitenhoeken; op zichzelf niet zo spectaculair, we kennen immers inmiddels het woongebouw de Zilverling van LEVS Architecten [zie hieronder] in Amsterdam.





Of bijvoorbeeld het gebouw met nog expressievere hoekbalkons in Nijmegen naar ontwerp van 24h Architecture [zie hierboven].
Na het winnen van de prijsvraag gingen de architecten over het vervolg van het project in gesprek met opdrachtgever U-Vastgoed, die inmiddels ook bouwer BAM als mede-investeerder in de ontwikkeling had betrokken. De gesprekken bleken uiteindelijk niet vruchtbaar, want er werd een andere architect aangezocht voor het uitwerken van het plan, te weten Kokon Architecten ook uit Rotterdam.



Kokon heeft in eerste instantie het gekozen ontwerp - en kennelijk zonder enig overleg met de winnaars - enigszins gerationaliseerd en een plaatje [beeld hierboven] van die excercitie kwam terecht op de website van het project, mede als trekker voor de verkoop van de te bouwen woningen. De auteursrechthebbende architecten Casanova Hernandez protesteerden tegen deze handelwijze, begonnen een rechtzaak tegen de opdrachtgever en het plaatje verdween van de website.
Kennelijk hadden de opdrachtgevers weinig vertrouwen in de oorspronkelijk winnende architect. Waarom is echter volkomen onduidelijk, temeer omdat Casanova Hernandez in hun projecten juist aantoont van alle markten - ook en juist in de uitvoering - thuis te zijn, getuige hun recent gerealiseerde, prachtige woonproject in Blaricum [zie foto hieronder].



Kennelijk is de bijdrage van Kokon nu ook uit de gratie geraakt bij de opdrachtgevers, want kortgeleden werd bekend dat Mei Architecten, het bureau van architect Robert Winkel, een ander plan voor de woontoren heeft gepresenteerd in de vergadering van de Rotterdamse welstandscommissie van 19 december jongstleden.



We zagen nog geen verslag van die vergadering, maar blijkbaar is het ingediende ontwerpvoorstel gebaseerd op de toenmalige inzending van Mei voor de oorspronkelijke prijsvraag [zie beeld hierboven]. Het ontwerp eindigde in die competitie op de tweede plaats. Het zal trouwens niet de eerste keer zijn dat de 'opvolger' in een wedstrijd er met de buit vandoor gaat...



Toch zijn beide opdrachtgevers een stuk voorzichtiger geworden. Op de website van het project is het plan van Robert Winkel nog niet te zien; waar eerst nog een plaatje van een gebouw stond, is nu in het geheel geen project meer te zien [zie onderste plaatje].
Wij van de BOX blijven echter wel met een paar vragen zitten:
Is de solidariteit onder architecten zodanig afgenomen dat ze kennelijk als wolven vechten om deze opdracht? Of is er eigenlijk niets veranderd, i.e. er bestond nooit solidariteit tussen architecten.
En wat is de rol van de gemeente Rotterdam in het hele proces? Wel een architectuurnota en een welstandscommissie - overigens met als lid Robert Winkel - maar geen enkele actie als een opdrachtgever met zijn inmiddels derde architect op de proppen komt?



Kortom, waar een project positief start met een mooi winnend plan, zijn er nu alleen nog maar verliezers: de opdrachtgevers moeten steeds maar recht praten wat krom is [hoewel de rechter nog uitspraak moet doen natuurlijk], de gemeente wordt terecht aangevallen op het nietsdoen ondanks alle goede culturele bedoelingen in de nota's, en alle architecten hebben nu ongetwijfeld een negatieve bijsmaak bij hun bijdrage. Evenals de toekomstige bewoners; je zal toch maar een appartement in het toen winnende plan hebben aangeschaft...
We blijven de ontwikkeling van de Cooltower voor u volgen.
- 16 januari 2013 - BOX 1.634


* We maakten alweer de 6e TOP-25 voor PropertyNL

Jaarlijks maakt ArchitectenWerk voor het vastgoedmagazine PropertyNL een lijst van meest productieve architecten in het commercieel vastgoed (te weten kantoorgebouwen en winkelcentra). Bij een enorme lijst opgeleverde projecten uit die beide werkvelden zoeken wij de ontwerpende architecten en we totaliseren vervolgens per bureau de in gebruik genomen bruto vierkante meters. In deze alweer zesde lijst - met het overzicht van het jaar 2012 - gaat Meyer en Van Schooten Architecten uit Amsterdam fier aan kop met meer dan 70.000 m2, vooral vanwege hun recente New Babylon Project in Den Haag (zie foto hieronder).



Het eveneens A'damse Benthem Crouwel Architecten volgt op de tweede plaats met ruim 65.000 m2, mede te danken aan de opening van een datacenter en de Ziggodome in de hoofdstad (zie eerste beeld hieronder). Ook op de derde plaats in dit seizoen een Amsterdams architectenbureau. Soeters en Van Eldonk Architecten met meer dan 50.700 m2 bruto (n.b.: in de gedrukte lijst staat bij hun per abuis het oppervlak van vorig seizoen vermeld), onder meer door in gebruikname van het Huis van de Stad in Gouda (zie tweede beeld hieronder)





In de rest van de top-tien vinden we KCAP op de 4e en ADP op de 5e plaats. Vervolgens twee relatief onbekende bureaus, Studio Acht op 6 en Visser en Wijtman op 7 en op een gedeelde achtste plaats IAA en RPHS; de eerste tien worden afgesloten met Ector Hoogstad die in 2012 meer dan 20.000 m2 opleverden.

[Zie hier de complete lijst met het begeleidende artikel als pdf-overdruk uit het decembernummer van PropertyNL. En bekijk hier de eerste top25 die we toen over 2007 voor PropertyNL samenstelden.] - 04 januari 2013 - BOX 1.633



Berichten uit de voorgaande maanden in het

* Archief-overzicht.



*

© 1997-2012. Copyright ArchitectenWerk.